Lieve mensen, Naast een poes, duiven en kippen hadden we vroeger thuis ook konijnen. Geen hokken vol, maar de een na de ander. Een van de konijnen, een witte, droeg de glorieuze naam Wilhelmus. Nu is dat geen gemiddelde konijnennaam, maar goed wij vonden het aardig om onze dieren bijzondere namen te geven. Hoe lang Wilhelmus bij ons is geweest en hoe zijn einde was valt even buiten het bestek van deze blog. Ik wil het namelijk vandaag even hebben over ons volkslied: het Wilhelmus.

wilhelmusIemand meent dat ons volkslied is verouderd. Het stond in de krant en zal vast ook besproken zijn in een of ander praatprogramma. Ja, ja, we praten er wat af. Gelukkig staat in de bijbel dat we later eeuwig zullen zingen, dat is in ieder geval beter dan eeuwig praten. Maar goed, dat is een zijspoor. Nu over het volkslied. Ik moet nu oppassen dat ik niet vanuit een irritatie ga schrijven. Want dat is wel wat ik bij mezelf merk. De dichter des Vaderlands, of gewoon Anne Vegter, heeft volgens eigen zeggen met deskundigen overlegd en ze zijn het eens: het lied is verouderd! Want zo zeggen de deskundigen ‘wij zijn een ander volk geworden en onze maatschappij is erg veranderd’. Ja, ja dat klopt. Maar is dit nu juist niet de beste reden om het lied te handhaven. Het bindt ons namelijk samen en vertelt over onze geschiedenis die dezelfde is gebleven. Dat we niet meer door Spanje worden overheerst en onderdrukt, zoals het Wilhelmus zegt, dat is ook waar, maar toen het Wilhelmus in 1932 tot volkslied werd verheven, was de Tachtigjarige oorlog ook al 284 jaar voorbij. Geen haan die er naar kraaide. In de tijd van de Tweede Wereld oorlog toonde het Volkslied haar kracht en verbond mensen met elkaar. Het riep het gevoel van broederschap en beproefde waarden in het volk wakker. Een lied van verzet tegen haat en onderdrukking  ‘de tirannie verdrijven die mij mijn hardt doorwondt’. Een lied dat ons boven onszelf uittilt en laat voelen dat we deel uitmaken van een groter geheel. Het Wilhelmus heeft alles met onze historie te maken en historie is per definitie oud maar nooit verouderd.

Nu is het wel zo dat we als klein land een van de langste volksliederen hebben. De eerste letters van de vijftien coupletten vormen samen Willem van Nassou. Daar is dus wel over nagedacht. Een journalist merkte op dat het Nederlands elftal gelukkig niet alle coupletten hoeft te zingen eer de wedstrijd aanvangt. Voor wie er aardigheid in heeft: tot 1932 heeft het lied ‘Wien Neêrlandsch bloed door d’aderen vloeit’ als volkslied dienst gedaan.

Even bekruipt me ook het gevoel dat ‘men’ vindt dat het volkslied te christelijk is. En inderdaad het is een lied dat vertelt over David en Saul over Israël en de hoogste Majesteit. Het gaat over God als een schild om ons heen. Zeker couplet zes is bijzonder geliefd binnen de kerk en geloofsgemeenschappen. En ik weet wel dat dit nu niet meer gemeengoed is, maar dat is ook maar een momentopname. Bovendien vertelt het ook over de prins van Oranje, de koning van Hispanje, over graaf Adolf in Friesland en over begraven zijn in Maastricht. Ach, al die coupletten zingen we nooit. Dat klopt, maar ze vertellen over ons land en het oude vertrouwen in de God van hemel en aarde. Wat willen we dan? Een andere melodie? Ach, dat klinkt niet. Het moet gedragen zijn, gezongen kunnen worden op de belangrijke momenten. Dus geen hip-hop of rap. Andere teksten als een afspiegeling van onze huidige maatschappij? Over ‘hup Holland hup, laat de leeuw niet in zijn hempie staan‘; of teksten in de categorie: ‘ik wist wel dat de dag van morgen eens zou komen’ Zou dat ook niet snel verouderd zijn? Of moeten we er maar een referendum overhouden? Dat kan natuurlijk ook: het volk raadplegen over het volkslied. Maar ach, daar hebben we al ervaring mee opgedaan en het koningslied is ook niet geworden wat we ervan dachten omdat iedereen moest meepraten. Laten we maar zingen…. Wilhelmus! 

Ik sluit geheel in stijl af en wens u een koninklijke week.

Mijn schild ende betrouwen

Zijt Gij o God mijn Heer!

Op U zo wil ik bouwen,

verlaat mij nimmermeer!

Dat ik toch vroom mag blijven,

uw dienaar t’aller stond,

de tirannie verdrijven

die mij mijn hart doorwondt.

ds. Wouter